A12 HUB
Ontwerpend onderzoek naar de impact van vervoer over water op stedelijk wonen in de stadsregio Utrecht
- Projecttype
- opdracht
- Jaar
- 2022
Ontwerpend onderzoek naar de impact van vervoer over water op stedelijk wonen in de stadsregio Utrecht
Hoe ziet een nieuwe stadswijk er uit waar vervoer over water wordt gecombineerd met stedelijke verdichting?
Een van de grote transities waar we voor staan is de verduurzaming van het goederenvervoer. Het voorgenomen beleid is om een steeds kleiner deel via vrachtwagens op de weg te vervoeren, en meer via spoor en water. Het samengaan van vervoer over water en stedelijke ontwikkeling vormt de basis van deze verkenning.
In de A12-zone bij Utrecht wordt gekeken hoe het logistieke systeem voor de stad en regio kan worden getransformeerd richting vervoer over water. Welke kansen en knelpunten biedt dit voor stedelijk wonen, werken en recreatie. Kortom hoe komt dit nieuwe stedelijke landschap er dan uit te zien?
Een serie interviews en werkbijeenkomsten met experts en belanghebbenden hebben de input geleverd voor het ontwerpend onderzoek. Vervolgens is met scenario's gewerkt, om een aantal kansrijke concepten in beeld te brengen en hun ruimtelijke en functionele impact.
Een samenwerking met www.nieuwegracht.nl
Inzending voor de ontwerpprijsvraag CBDX, georganiseerd door University of Calgary in Canada. De opgave vroeg om een ontwerp dat zich inzette voor doorgaans onderbelichte groepen of onderwerpen.
Inzending voor de ontwerpprijsvraag CBDX, georganiseerd door University of Calgary in Canada. De opgave vroeg om een ontwerp dat zich inzette voor doorgaans onderbelichte groepen of onderwerpen. Nieuwbruut ontwierp een inclusieve buurt waar ontwikkeling van het gebied en haar bewoners hand in hand gaan.
De koepel, een gevangenis uit 1890, neemt lange tijd een belangrijke plek in de stad Breda. Bedoeld als een gesloten community waar mensen werden klaargestoomd om weer onderdeel uit maken van de maatschappij. Maar ook een belangrijk herkenningspunt in het centrum van de stad. Sinds 2013 is de koepelgevangenis zijn functie en zijn rol verloren. Het Rijksmonument is sindsdien opzoek naar een nieuwe functie en daarmee een nieuwe rol in de stad.
De zoektocht naar een nieuwe invulling van plek heeft de gemeenschap al een lange tijd in zijn greep. Welke functies passen en sluiten aan bij de enorme maat van het complex zonder afbreuk te doen aan de historische en culturele kwaliteiten van het terrein. De nadruk van de zoektocht ligt vooralsnog op de fysiek-ruimtelijk invulling en op het klassiek financieel-economisch verdienmodel van een gebiedstransformatie. Maar hoe kunnen waarden die zich niet voegen tot dit model een rol spelen in de ontwikkeling van het complex en de stad? De inzet van ‘Urban Common’ geeft perspectief aan het herwaarderen van de common en daarmee aan een inclusieve en vitale stad.
De uitdagingen in de stad laten zich graag vertalen in de grote transitiesvraagstukken zoals: vital en inclusive-, sustainable-, accessible- en de self-supporting society. Om deze transities te versnellen en te realiseren is het noodzaak om de zachte waarden (assets) in de stad in te zetten en de focus op de financieel-economisch waarden te verleggen naar de sociaal-maatschappelijke waarden. Een brede inzet van ‘de stakeholders van de stad’ en het normeren van een ‘horizontale governance’ zijn hier de norm en de basis voor een ‘New Economy’. De koepel leent zich er bij uitstek voor om ook als Urban Common te fungeren en de social equity vorm te geven.
Ontwerpend onderzoek naar ruimtelijke randvoorwaarden voor de ontwikkeling van onderwijsaccomodaties op landgoed Schoonoord in Zeist.
In opdracht van Gemeente Zeist heeft Nieuwbruut onderzoek gedaan naar de mogelijkheden die Landgoed Schoonoord biedt voor de ontwikkeling van een sporthal. Het landgoed is onderdeel van de Stichtse Lustwarande, en daarmee landschappelijk en cultuurhistorisch van grote waarde. Momenteel herbergt het een onderwijsfunctie, die behoefte heeft aan een binnensportaccomodatie. Nieuwbruut heeft in samenwerking met gemeente Zeist onderzocht welke ruimtelijke en functionele randvoorwaarden er gelden voor deze ontwikkelingen. Maar ook wat de kernwaarden van het gebied en haar omgeving zijn.
De eerste stap was een ruimtelijke en functionele analyse van het Landgoed Schoonoord, haar geschiedenis en haar context. Gebaseerd op de gebiedsbezoeken, voorgaande studies, en kaartenanalyse is gekomen tot een kritische analyse van het gebied, haar omgeving en haar opgaven.
Om in een korte tijd een beter beeld te krijgen van wat er precies speelt rondom Schoonoord heeft Nieuwbruut twee workshops georganiseerd waarin experts uit verschillende aandachtsgebieden zijn uitgenodigd hun kennis te delen. Dit gebeurde via het beoordelen van 3 scenario’s waarin de sporthal telkens op een andere locatie werd geprojecteerd. Deze scenario’s zijn enigszins aangepast naar aanleiding van de opgehaalde kennis tijdens de workshops. Ook zijn de opmerkingen van de experts vastgeegd in geanonimiseerde vorm. Elk scenario is voorzien van een opsomming van de voor- en nadelen die daarmee gepaard gaan, om zo een bruikbare basis te bieden voor eventuele vervolgstappen. Het is niet de bedoeling geweest om de 3 opties aan te bieden om daarna 1 favoriet te kiezen. Het ging vooral om helder te krijgen welke afwegingen er speelden, en welke belangen en prioriteiten. Kortom: welke randvoorwaarden van wezenlijk belang waren en in welke mate.
De complete omgevingsvisie voor de gemeente Lingewaard in het Gelderse rivierengebied is afgerond, een mooie samenwerking met OverMorgen en het team van gemeente Lingewaard!
De omgevingsvisie van Lingewaard beschrijft de toekomst van de gemeente in kijkend naar ruimtelijke vraagstukken, maatschappelijke behoeften, gezondheid, sociale ontwikkelingen en duurzaamheid. Het is een leidend document dat een algemeen beeld schetst van de gewenste fysieke leefomgeving en dient als houvast voor inwoners, ondernemers, maatschappelijke organisaties en de gemeente bij het beoordelen van nieuwe initiatieven.
In dit proces is nauw samengewerkt met belanghebbenden, waaronder inwoners, ondernemers, maatschappelijke organisaties en overheidsinstanties, om deze visie te ontwikkelen. Input is verzameld via openbare bijeenkomsten, markten en online raadplegingen, en deze inzichten zijn zorgvuldig verwerkt.
De visie is het resultaat van een gezamenlijke inspanning en waarbij ruimte is gemaakt voor de stemmen vanuit de gemeenschap en de verschillende kernen van Lingewaard. We zijn dankbaar voor de waardevolle input en hebben deze verwerkt in ontwikkelingsrichtingen, waarbij sommige reacties als citaten gereflecteerd zijn in de uiteindelijke visie.
De omgevingsvisie is niet alleen een beleidsdocument, het is een strategische koers voor de lange termijnontwikkeling van Lingewaard. Het is een kerninstrument van de nieuwe Omgevingswet (die op dit moment nog in werking moet treden) en ruimte biedt aan maatschappelijk initiatief.
Wij zijn trots op deze omgevingsvisie en we kijken uit naar de implementatie ervan. Hoewel het beleidsmatig bindend is, zal het ruimte moeten bieden aan flexibiliteit. Indien nodig zullen we de visie in de toekomst moeten worden herzien of geactualiseerd als dat nodig blijkt.
Een samenwerking met www.overmorgen.nl
Het ontwerpend onderzoek Wehlse Broeklanden gaat de basis vormen voor de Omgevingsvisie voor Gemeente Doetinchem.
Doetinchem werkt aan één omgevingsvisie waarin wordt aangegeven welke ontwikkelingen op de stad afkomen en hoe de leefomgeving in Doetinchem zich zou kunnen ontwikkelen. Ter voorbereiding op de omgevingsvisie wordt een ontwerpend onderzoek uitgevoerd in alle deelgebieden van de stad, waar bewoners en bedrijven nadrukkelijk bij worden betrokken... (bron: Gemeente Doetinchem)
Nieuwbruut is hierbij gevraagd het ontwerpend onderzoek naar het deelgebied Wehlse Broeklanden te verzorgen.
In het ontwerpend onderzoek Wehlse Broeklanden onderzochten we samen met de verschillende partijen in en om het gebied wat de kernkwaliteiten, ambities en opgaven zijn voor de toekomt voor de Wehlse Broeklanden. Vervolgens zijn we met deze partijen gaan kijken op welke manier deze verschillende kwaliteiten en ambities met elkaar verbonden kunnen worden. Dit is uitgewerkt in 6 cruciale bouwstenen voor Wehlse Broeklanden. Deze bouwstenen zijn, samen met de 5 deelgebieden, het eindresultaat van het ontwerpend onderzoek en dienen als input voor de Omgevingsvisie Doetinchem.
De ambitiekaart en de bouwstenen zijn de input voor de verdere ontwikkeling van de Omgevingsvisie Doetinchem. Het is de opbrengst van de inbreng van een brede groep stakeholders uit en rondom de Wehlse Broeklanden, zoals de bewoners van de Wehlse Broeklanden/Wehl/De Huet/Dichteren, de agrariërs en andere ondernemers die actief zijn in het gebied en het A18 bedrijventerrein en initiatiefnemers en vertegenwoordigers die zich bezig houden met landschap, natuur, water en recreatie.
Ontwerp voor een woonhuis in Klarenbeek. Het huis is ingepast in het landschap en voegt een nieuwe tijdlaag toe aan het landgoed.
De villa is ontworpen voor een gezin met twee kinderen. Een fijne plek om samen te wonen, werken en spelen, en om gasten te ontvangen. De kwaliteiten van de leef- en werkruimten in het huis zijn gebaseerd op de ingredienten die de tuin en het omliggende landschap bieden: Bezonning en schaduw, open en besloten, uitzicht over het coulissen- en slagenlandschap. Het landschap loopt door tot aan de woning. De buitenruimten zijn ontworpen als plekken waar het landschap het huis aanraakt, in plaats van een plateau waarop het gebouw is gepositioneerd.
Het ensemble van drie volumes - een nieuwe typologie met kenmerken van zowel schuur, hoeve als villa - vormt een weerspiegeling van de nieuwe tijdlaag die wordt toegevoegd in de ontwikkeling van het landgoed.
De drie bouwmassa's hebben hun eigen afmeting en kapvorm, en zijn ten opzichte van elkaar verschoven. Door ze iets terug te houden of juist uit te laten steken, presenteren zij zich als aparte volumes. De verschillen in materialisatie benadrukken dit onderscheid. Ze sluiten aan op de meest voorkomende bebouwingstypen in het omringende landschap: De rieten kappen, rustend op de zware houten spanten doen denken aan een hoeve. Het witte, bijzonder uitgevoerde metselwerk en de luxe materialisering verwijzen naar het villa-type. De metalen beplating van het middelste volume zijn gevel-elementen die doen denken aan een schuur of loods.
De verschillen in materialisatie, kapvorm en dakhelling onderstrepen dus het eigen karakter. Maar om samenhang te waarborgen vertonen ze ook overeenkomsten in architectuur, als variatie op een thema: Bij alle drie de bouwdelen hebben de langszijden een gesloten karakter. De kopgevels zijn meer open: Glazen puien met een herkenbare kruisvormige verdeling, in meer of mindere mate ingevuld, afhankelijk van de condities die ter plekke heersen vanuit gebruik en orientatie. Soms is de constructie zichtbaar, op andere plaatsen weer niet.
De overkragende rieten kappen zoeken nadrukkelijk de verbinding met het omliggende landschap. Letterlijk, doorlopend tot aan het maaiveld. En figuurlijk, door de grote openingen die uitzicht bieden op het omringende landschap en een routing mogelijk maken die de buitenruimten koppelt aan deze zichtlijnen. De rieten kappen verankeren de architectuur van het huis in het landschap.
Schuurwoningen 1 & 2 zijn onderdeel van de ontwikkelingen in en rondom het landgoed Klarenbeek.
Aan de zuidelijke bosrand van het landgoed Klarenbeek zijn twee zelfbouwkavels geprojecteerd, waarop schuurwoningen met een hoge kwaliteitsambitie qua architectuur en landschappelijke inpassing kunnen verrijzen. Op het zuidelijke kavel is momenteel de Schuurwoning 1 in bouwvoorbereiding. Voor Schuurwoning 2 op het noordelijke kavel is onlangs het Voorloopig Ontwerp afgerond.
Het Beeldkwaliteitplan Klarenbeek voorziet in de landschappelijke en architectonische richtlijnen waaraan deze ontwikkelingen aan dienen te voldoen.
Het Beeldkwaliteitplan Klarenbeek beschrijft hoe de woning sterk kan inspelen op de landschappelijke context. De overgang van bos naar veld is hierin leidend en biedt kansen voor een hoogwaardige landschappelijke inpassing, maar ook voor een betekenisvolle architectuur en functionele indeling van de woning.
De overgang van het bos naar het veld is zichtbaar door een markant hoogteverschil van ongeveer 1 meter, en een uitgesproken verschil in beheer en inrichting.
Het lager gelegen gebied (Het Veld) is een open veld met verschillende maairegimes t.b.v. bloemenweides (flora en fauna). Het hoger gelegen gebied is een extensief beheerd bosgebied (Het Bos) met waardevolle bosranden.
De fotografie is verzorgd door LB vormgeving.
In het kader van de prijsvraag Mooi Gelderland ontwierp Nieuwbruut een strategie voor de inwoners van Klarenbeek om hun dorp een nieuwe impuls te geven. Kern hiervan was de transformatie van het schoolplein van basisschool De Kopermolen tot een multifunctioneel dorpsplein.
In het kader van de prijsvraag Mooi Gelderland ontwierp Nieuwbruut een strategie voor de inwonders van Klarenbeek om hun dorp een nieuwe impuls te geven. Kern hiervan was de transformatie van het schoolplein van basisschool De Kopermolen tot een multifunctioneel dorpsplein.
Samen ontwikkelen en bouwen neemt steeds vaker een belangrijke plaats in het beleid bij Provincies en gemeenten. Hoe werken partijen samen en hoe kunnen initiatieven van onderop een vaste plek krijgen in provinciaal en gemeentelijk omgevingsbeleid ‘Nieuwe Stijl’ (omgevingswet)? Onze voorgestelde bouwstenen zijn hiervoor handreikingen en een goed praktijkvoorbeeld. Hoe zien de ontwikkelingen in Gelderse dorpen eruit in de toekomst? Door in te spelen op de participatiekracht en eigenaarschap van (en met) bewoners en ondernemers en in te zetten op een goede samenwerking tussen overheden, organisaties en burgers. Kortom: alle partijen hebben elkaar nodig om dorpen en steden een toekomst te geven. Deze veranderkracht is waarop dit voorstel drijft. Voor en door bewoners en met hulp, zowel financieel als met kennis en enthousiasme, van de gemeente en provincie Gelderland.
Klarenbeek wil het schoolplein van de Kopermolenschool omvormen tot integraal dorpsplein met en voor Klarenbekers Het nieuwe dorpsplein wordt een plek van ontmoeting en brengt verschillende functies voor verschillende doelgroepen in het dorp samen. Van sporten, beleven, leren en inspiratie. Voor de planvorming en uitvoering wordt een beroep gedaan op de participatiekracht van de samenleving in Klarenbeek. Samen met hen worden de mogelijke functies die het nieuw te worden dorpsplein kan bieden in kaart gebracht.
(beeld: Heidi Uenk)
Broedplaats voor sociaal innovatieve ideeën en initiatieven.
De ‘Social Factory’ is een fysieke plek waar duurzame en sociaal innovatieve ideeën en initiatieven samenkomen en waar de principes van ‘De Blauwe- en circulaire economie’ worden vormgegeven en uitgedragen.
De filosofie van het gebouw is het creëren van een parel in een eenvormige omgeving. Een bijzonder gebouw, een eyecatcher, met een bijzondere aantrekkingskracht, dat zich via een onderscheidende vormentaal sterk uitdrukt. Het alzijdige ontwerp adresseert zich vooral aan de stad met een verbijzondering aan de straatkant ‘de Entree’ en de terraskant ‘het Terras’. De transparante, open architectuur maakt duidelijk dat er iets bijzonders gebeurt waardoor mensen worden uitgenodigd om deel te nemen.
Het gebouw bestaat uit 2 cruciale componenten: ‘de Kas en ‘de Containers’. De kas vormt een open en transparante biotoop, een ruimte die is ingericht voor ontmoeting en interactie. Hier heb je zicht op alle activiteiten die in de SF plaatsvinden en kun je kennis maken met de mensen en bedrijven die hiermee hun ideeën vormgeven. De containers hebben een meer besloten karakter. Deze zijn zodanig gestapeld dat zij terrassen vormen die een spectaculair uitzicht bieden over de gehele kas. Het is een indrukwekkend schouwspel van verschillende binnen- en buitenruimtes, die geschikt zijn voor flexibele vormen van gebruik. Deze opstelling is de ruimtelijke vertaling van de ambities van de SF waarin het zich wil presenteren aan de stad.
De kas is tevens een uitstekende plek voor de productie van verschillende waardevolle gewassen. De gelaagdheid van het gebouw leent zich goed voor het creëren van verschillende klimaatzones variërend van tropisch (hangtuin) tot continentaal (begane grond) met de daar bijbehorende teelten. Denk hierbij aan vanille in de hangtuin tot cassave en fruitbomen op de begane grond.
Het gebouw is ontworpen volgens een flexibel en modulair principe. Enerzijds om op de korte termijn een flexibel groei en indeling te kunnen huisvesten maar ook om het gebouw op de langere termijn te kunnen hergebruiken.
De constructie bestaat uit een skelet van stalen liggers en kolommen. De gevels zijn hoofdzakelijk ontworpen als ‘elementengevels’. Dat wil zeggen dat deze zodanig zijn ontworpen dat de onderdelen als een bouwpakket in en uit elkaar kunnen worden gezet. Ook de constructie kan op een later moment flexibel en passend op een andere plek in een nieuwe configuratie worden opgebouwd.
Toegankelijke Toolkit voor wijkverbetering.
Bouwstenen voor Leefbare Wijken is een instrument voor het verbeteren van de leefbaarheid, geschikt voor elke buurt, wijk, dorp, stad en zelfs regio.
Het is een methode om alle stakeholders maximaal te faciliteren en heeft als doel om iedere partij zo efficiënt mogelijk zijn rol uit te oefenen met als collectief doel een leefbare omgeving. De rollen van de stakeholders zijn niet identiek, BLW is een manier om de inzet/rollen van burgers, ondernemers, semioverheden en overheden aan elkaar te koppelen. Het samenwerken heeft een positieve impact om de ruimtelijke ontwikkeling en creëert eigenaarschap!
BLW heeft als hoofddoelen: communicatie tussen stakeholders, kennisuitwisseling en hergebruik van bestaande kennis en wil dit realiseren met d.m.v. drie tools: Buurtprognose, buurtplatforms en bouwstenenindex.
In het kader van Transit Oriented Development (TOD) is BNA Onderzoek een project gestart waarin de ontwerpkracht van architecten wordt ingezet om een frisse blik op een aantal knooppunten te ontwikkelen.
In het kader van Transit Oriented Development (TOD) is BNA Onderzoek een project gestart waarin de ontwerpkracht van architecten wordt ingezet om een frisse blik op een aantal knooppunten te ontwikkelen. Het samenwerkingsverband NIEUWBRUUT - Nunc Architecten - Artomic - GoudappelCoffeng is als winnend team uit de selectieronde gekomen, en is gevraagd om zich te richten op het gebied rondom station Koog-Zaandijk.
De BNA-opdracht voor het team is inmiddels afgerond. Momenteel bereidt de BNA met het materiaal van de verschillende teams een publicatie voor. Maar het team is nog niet klaar met Koog-Zaandijk! Het is nu zaak de no-regrets in praktijk te brengen en aan de slag te gaan...
Queensway Succession is onze inzending voor de Queensway Connection Competition. Hierin worden ideeen gevraagd voor een verlaten stuk metrolijn in Queens, New York. Doel van de prijsvraag was om in kaart te brengen, hoe de transformatie van het voormalige Ozone Park Station impulsen zou kunnen opleveren voor de revitalisering van dit deel van Queens.
Queensway Succession is onze inzending voor de Queensway Connection Competition. Hierin worden ideeen gevraagd voor een verlaten stuk metrolijn in Queens, New York. Doel van de prijsvraag was om in kaart te brengen, hoe de transformatie van het voormalige Ozone Park Station impulsen zou kunnen opleveren voor de revitalisering van dit deel van Queens.
Queensway Succession biedt echter een integrale strategie die niet alleen toepasbaar is op dit ene stationsgebied, maar mogelijkheden biedt voor het gehele traject. Een gebiedsanalyse toont de lijn als reeks gebieden met uiteenlopende plaatswaarde en netwerkwaarde, elk met hun eigen kansen, urgenties en 'laaghangend fruit'.
De inzending stelt ‘bouwstenen’ voor om hierop in te spelen, en een tijdpad die aangeeft wanneer deze bouwstenen optimaal zijn toe te passen.
Deze inzichten bieden de basis en het afwegingskader voor elke toekomstige revitaliseringsstrategie. Het is dus geen vast omlijnd plan, maar een waardevol en flexibel hulpmiddel bij het maken van keuzes die de toekomst van Queens gaan vormgeven.
Pop-in, Pop-out is een podium gekoppeld aan een leegstaand pand, voorzien van een scherm dat buiten laat zien wat er binnen plaatsvindt.
JURYRAPPORT: ...de jury waardeert het idee achter pop-in, pop-out zeer: een nieuwe wereld scheppen door een slimme, eenvoudige ingreep. de jury is lovend over de stedenbouwkundige aanpak...
Jheronimus Bosch koos voor beeldtaal om de wereld om ons heen weer te geven. Op zijn eigen, bijna mystieke, creatieve wijze. Creativiteit en beeldtaal zijn daarom ook de inspiratie om de verborgen ruimte in de stad te laten zien.
Pop-in, Pop-out is een podium gekoppeld aan een leegstaand pand, voorzien van een scherm dat buiten laat zien wat er binnen plaatsvindt. Het leegstaande pand is als podium voor evenementen de schakel tussen openbare ruimte en cultuur. Verborgen ruimten in de stad worden opengesteld en teruggegeven aan bewoners. Daarmee geeft het een impuls aan de binnenstad. Het concept is goedkoop en eenvoudig te verplaatsen, waardoor een breed scala aan cultureel programma kan worden aangeboden.
In 2016 gaan cultuur, de Bosschenaar en zijn stad een nieuwe relatie met elkaar aan, fascinerend en prikkelend zoals de bevreemdende werken van de oude meester zelf.
Om projecten te kunnen ondersteunen heeft de bank een een revolverend ANBI-fonds opgericht dat de businesscases initieel financiert. ANBI staat voor Algemeen Nut Beogende Instelling, zoals bijvoorbeeld het Diabetesfonds dat ook is.
Zuidoost Drenthe wordt geconfronteerd met de gevolgen van demografische krimp. De lokale Rabobank voorziet dat de leefbaarheid van de gemeenschap negatief wordt beïnvloed en dat de gevolgen voor een deel van haar klanten weinig rooskleurig zijn. Onder leiding van de bank is een community gevormd met een woningcoöperatie, een zorginstelling, de kamer van koophandel en een hogeschool onder de naam BindNU. Om projecten te kunnen ondersteunen heeft de bank een een revolverend ANBI-fonds opgericht dat de businesscases initieel financiert. ANBI staat voor Algemeen Nut Beogende Instelling, zoals bijvoorbeeld het Diabetesfonds dat ook is.
Volgens de methodiek ‘Samen Pionieren’ van ons (EO Wijersprijs 2011-1012) zijn de ontwikkelingen die op het werkgebied afkomen in de tijd uitgezet. Het gaat hier om de thema’s: wonen, werken, energie, zorg, sociale vitaliteit, voorzieningen en onderwijs. Ook is in deze methodiek aangegeven wanneer en hoe bewoners en lokale/regionale ondernemers kunnen interveniëren om te voorkomen dat hun leefomgeving achteruit gaat. Wij beschikken over een database aan succesvolle initiatieven uit binnen- en buitenland om de leefbaarheid in een regio te kunnen verbeteren. Bouwstenen noemen we deze.
Het eerste initiatief dat wij binnen BindNU begeleiden is de ‘werkcoöperatie’. Dit is een vernieuwend initiatief om die de grote groep werkzoekenden in de regio op innovatieve wijze te begeleiden naar eigen inkomen. In een nieuwe baan, of als op te richten bedrijf geïnspireerd door de eerder genoemde bouwstenen. Hierdoor wordt ook gewerkt aan verbetering van de leefbaarheid in Zuidoost Drenthe. Wij werken hierin samen met de Brooklyn Groep.
Het lijkt erop dat de overheid met participatiesamenleving vooral nog aan het kleine schaalniveau denkt, zoals gezamenlijk met je straat een moestuin onderhouden, of boodschappen doen voor je oudere buurvrouw. In Zuidoost Drenthe wordt een flinke sprong voorwaarts gemaakt om de zelfredzaamheid door en voor bewoners in de hele regio professioneel op ontwikkelen. Vanuit Nieuwbruut zijn we er dan ook trots op om hier onderdeel van uit te maken. Wij begeleiden hier namelijk de projecten met relevantie voor arbeidsmarkt.
SAMEN PIONIEREN is een strategie voor de revitalisering van de Veenkoloniën.
SAMEN PIONIEREN
Samen Pionieren is een strategie voor de revitalisering van de
Veenkoloniën. Het is nadrukkelijk geen van boven opgelegd masterplan,
maar veeleer een instrument waarmee de gebruikers in staat worden
gesteld hun eigen toekomst in te richten. De inzending is een
samenwerking tussen ATELIERBRUUT,
Tauw en
Synergie.
JURYRAPPORT:
”... De winnende inzendingen geven creatieve voorstellen hoe
inwoners, bedrijven, coöperaties en overheden in de Veenkoloniën, met
inzet van bewezen succesvolle projecten, een beweging op gang kunnen
brengen die aansluit bij de wensen van de bevolking en leidt tot
versterking van de economische structuur en de ruimtelijke kwaliteit
(...)
Samen Pionieren, blinkt volgens de jury uit door ‘een uitstekende
analyse en methode om diverse problemen te signaleren en in goede banen
te gaan leiden. Het laat ook ruimte om andere initiatieven te
absorberen’...”
DE OPGAVE
De Eo Wijers-prijsvraag 2012 vroeg om een plan voor de revitalisatie van de Veenkoloniën, een regio in het oosten van Nederland, worstelend met economische en demografische krimp, energievraagstukken en waterproblematiek.
Onze inzending stelde een wedervraag die radicaal brak met de traditionele planningsmethodes, de van bovenaf opgelegde visies gebaseerd op momentopnames.
Hoe kun je een plan maken dat duurzaam meegroeit? Een plan van de mensen, in plaats van voor de mensen?
LOKALE INITIATIEVEN
Het door ons ingediende voorstel bestond uit een netwerkstrategie voor gebiedsontwikkeling, die tot doel had de burger meer in staat te stellen veranderingen aan te sturen in de eigen leefomgeving.
Via een virale verspreiding van inspirerende initiatieven wordt een duurzame groei nagestreefd, in gang gezet door het stimuleren en faciliteren van lokale pioniers met aanstekelijke plannen.
GEZAMENLIJK TOEKOMSTBEELD
Deze lokale ondernemingen zorgen voor betrokkenheid van eindgebruikers, waardoor veranderingen die zij bewerkstelligen een eigen en duurzaam passend karakter krijgen. Deze ingrepen zijn lokale reacties op regionale ontwikkelingen op bepaalde gebieden. Toekomstscenario's in beeld gebracht door middel van thematische tijdlijnen.
NIEUWE ROL OVERHEID
Samen Pionieren is daarnaast een instrument voor overheden om te kunnen functioneren in hun nieuwe rol met minder middelen. Door faciliterend en ondersteunend te werken, in plaats van meer regulerend en controlerend, kunnen uiteindelijk duurzaam betere resultaten worden behaald.
Deze methodiek is recentelijk door NIEUWBRUUT doorontwikkeld tot BLW - Bouwstenen voor Leefbare Wijken. Een instrument voor het verbeteren van de leefbaarheid in (stads-) wijken.
BOTTOM-UP is een stedenbouwkundige strategie voor een gefaseerde ‘on demand’ ontwikkeling van het voorliggende plangebied.
BOTTOM-UP is een stedenbouwkundige strategie voor een gefaseerde ‘on demand’ ontwikkeling van het voorliggende plangebied. Het gebied in de huidige situatie is een stenige restruimte die gebruikt wordt om te parkeren. Deze ruimte blijft in de huidige vorm functioneren en kan naar vraag worden ingezet voor een diversiteit aan spontane activiteiten. In het plangebied worden de belangrijkste routes gefixeerd. Hierdoor ontstaat een naadloze aansluiting op de omliggende stad. Een denkbeeldig raster vormt de basis voor ontginning. De markt ontwikkelt waar ze op dat moment behoefte aan heeft, en heeft alleen de verantwoordelijkheid voor de inrichting van de plot zelf.
Kavel 17 is een complex met leisure en kantoren, gelegen aan het zuidelijke uiteinde van de ArenA-boulevard, het hart van het Centrumgebied Amsterdam Zuidoost.
Kavel 17 is een complex met leisure en kantoren, gelegen aan het zuidelijke uiteinde van de ArenA-boulevard, het hart van het Centrumgebied Amsterdam Zuidoost. Aan de noordzijde komt een hotel met 250 kamers en aan de westzijde het entreegebouw voor de Ziggo Dome met daarin een restaurant en banqueting rooms. Het derde gebouw, aan de zuidzijde van het plein, wordt The New Loft Office.
Huis van Ek is een stadsvilla in de wijk Noorderplassen-West in Almere.
Huis van Ek is een stadsvilla in de wijk Noorderplassen-West in Almere. Het woonhuis maakt deel uit van een blok woningen in particulier opdrachtgeverschap, gelegen aan de uiterste noordrand. De woning is robuust, helder van opzet en haalt het uiterste uit het bouwbudget. Kleine verbijzonderingen voegen op strategische plekken extra ruimtelijke kwaliteiten toe. Verschillende verdiepingshoogten typen gevelopeningen spelen in op ruimtegebruik, comfort, zon-orientatie en het geweldige uitzicht over het Markermeer.
Het onderzoek ‘VINEXt’ is in 2010 gestart naar aanleiding van een Open Oproep door het (toenmalige) Stimuleringsfonds voor de Architectuur.
Het onderzoek ‘VINEXt’ is in 2010 gestart naar aanleiding van een Open Oproep door het (toenmalige) Stimuleringsfonds voor de Architectuur. In VINEXt doen wij op nationale schaal onderzoek naar de toekomstbestendigheid van Vinex-wijken. Aan de hand van een aantal toekomstscenario's wordt bij vier voorbeeldwijken bestudeerd waar de komende 30 jaar ontwikkelingskansen liggen of waar bedreigingen kunnen ontstaan. De opgedane kennis wordt gebruikt voor het beschrijven van bouwstenen voor de transformatie van VINEX-wijken in het algemeen.
[](http:// livepage.apple.com/ "http:// livepage.apple.com/")
Een van de belangrijkste inzichten die het onderzoek heeft opgeleverd, is hoe preventief kan worden gehandeld om de leefbaarheid in de wijken in de nabije en de verre toekomst te waarborgen.
schema veroudering van een woonwijk
inzicht in kenmerkende veroudering woonmilieus
strategien op maat om leefbaarheid op peil te houden
‘zee van huizen’ wordt als woonmilieus in kaart gebracht
bouwstenen: suggesties voor bijsturing op maat
strategische kaart met mogelijke toekomstige behoeften
Het onderzoek wordt verricht aan de hand van meerdere casestudy’s. Deze casestudy's worden uitgevoerd in nauwe samenwerking met de deelnemende gemeenten: Tilburg (Reeshof), Almere (Buiten), Den Haag (Leidschenveen/Ypenburg) en Arnhem (Schuytgraaf)
De ‘zee van huizen’ die een Vinex-wijk op het eerste gezicht lijkt, is geanalyseerd, ontleed en benoemd. En met deze kennis worden suggesties voor strategien met ingrepen op maat gedaan.
De gemeente Amsterdam heeft in 2010 een competitie uitgeschreven voor de ontwikkeling van een kleinschalig theehuis midden in het Theo van Goghpark op IJburg.
De gemeente Amsterdam heeft in 2010 een competitie uitgeschreven voor de ontwikkeling van een kleinschalig theehuis midden in het Theo van Goghpark op IJburg. Centrale gedachte was een voor alle mogelijke doelgroepen toegankelijk gebouw, in het kader van: IJburg een wijk zonder scheidslijnen. Het onwerp zet in op een transparante paviljoen achtige construcie in het park met een zo maximaal als mogelijk verhuurbaar oppervlak op de begane grond. Het driehoekige volume opent zich zowel naar de straat als naar het park. Het dak van het volume is zo aangebracht dat ze op een zeer duurzame wijze gebruik maakt van passieve zonne energie.
Superculture is een ontwerpend onderzoek naar de ontbrekende lagen in de westelijke tuinsteden van Amsterdam.
Superculture is een ontwerpend onderzoek naar de ontbrekende lagen in de westelijke tuinsteden van Amsterdam. Het ontwerp zet in op het aanvullen van de bestaande lagen die gebaseerd zijn op de principes van CIAM. De strategische interventie accomodeert menselijk gebruik door het toevoegen van CULTURELE IDENTITEIT en LANDSCHAPPELIJKE BETEKENIS.
Om de culturele verscheidenheid zichtbaar te maken worden de culturele polen ingericht als ‘buurten’ wat door verschillende bevolkingsgroepen kan worden gekoloniseerd. Denk aan chinatown, de souks of hollandse volkstuincomplexen. Een proces wat niet zal leiden tot afzetting van andere culturen maar eerder tot trots en een buurt waar ze andere mensen kunnen uitnodigen.
MEDINA zet in op het zichtbaar, en begrijpbaar maken de van Noord Afrikaanse cultuur.
Nederland profileert zich graag als de ultieme multiculturele samenleving. Het laatste decennium zijn verloedering en sociale problemen belangrijke punten op de politieke agenda. De overheid gaat ervan uit dat herstructurering leidt tot een meer gemixte bevolkingssamenstelling. Niets is echter minder waar: Mensen met dezelfde achtergrond zoeken elkaar op, en laten graag hun gelijkgezindheid zien. De bestaande stedebouwkundige structuur biedt echter geen mogelijkheid hieraan expressie te geven. Hierdoor voelen de Nieuwe Nederlanders zich vaak onbegrepen en een gevangene van het systeem. MEDINA zet in op het zichtbaar, en begrijpbaar maken de van Noord Afrikaanse cultuur. De nieuwe Medina is een fijnmazig netwerk van nauwe straatjes. De bebouwing is individueel en biedt ruimte voor zowel wonen als kleinschalig ondernemerschap. De el Ouma moskee is het hart van de nieuwe Medina. Op een aantal strategische plekken ontstaan kleine pleintjes. De overgebleven modernistische bebouwing vormt het bindmiddel voor de stedebouwkundige samenhang.
Het aanwezige landschap is een cultuurlandschap dat zich kenmerkt door een systeem van grote beboste vlekken in een open landschap. Het landschappelijk concept zet in op behoud van de karakteristieken van het landschap.
Het aanwezige landschap is een cultuurlandschap dat zich kenmerkt door een systeem van grote beboste vlekken in een open landschap. Het landschappelijk concept zet in op behoud van de karakteristieken van het landschap. Belangrijk uitgangspunt voor het plan is het doen van een duurzame ingreep. Door de nieuwe bouwvormen zo compact mogelijk te maken wordt zo min mogelijk grond geconsumeerd. Het zuidelijk deel wordt ontworpen als bosgebied. In het nieuw aangeplante veld worden kamers uitgespaard waarin collectieve woongebouwen worden geplaatst. In het noordelijke deel geeft een dijkstructuur de grenzen aan van het woongebied met het extensieve landschap. De binnenzijde van de ringdijk zal functioneren als collectieve ruimte en infrastructuur, terwijl de buitenzijde een formele begrenzing heeft met het bestaande agrarische landschap. Naast een duidelijke begrenzing biedt de ringstructuur aan alle woningen een optimale beleving van het landschap.
VERDIEPING
BEGANE GROND
CASA 400 is een begrip in Amsterdam. In de zomer hotel, buiten het seizoen studentenkamers.
CASA 400 is een begrip in Amsterdam. In de zomer hotel, buiten het seizoen studentenkamers. Een unieke formule die na 50 jaar nog steeds succesvol is, vanaf 2010 in een nieuw gebouw met uitgebreide congresfaciliteiten. Het blok maakt onderdeel uit van de vernieuwingsslag in het Eenhoorngebied, tegenover station Amstel. De complexe vorm en geleding zijn het gevolg van het maximaliseren van het volume binnen de stedenbouwkundige randvoorwaarden. De uniforme gevel zorgt voor samenhang in het ingewikkelde volume. Hierdoor krijgt het gebouw een autonome identiteit. Het hotel heeft onlangs het Gouden Green Key certificaat ontvangen en heeft daarmee de hoogste Green Key status verworven.
Het Westerdokseiland is onderdeel van een reeks projecten langs de IJ-oevers. Wonen in hoge dichtheid wordt hier gekoppeld aan de kleinschaligheid van de bestaande stad en de open ruimtelijkheid van het IJ.
Het Westerdokseiland is onderdeel van een reeks projecten langs de IJ-oevers. Wonen in hoge dichtheid wordt hier gekoppeld aan de kleinschaligheid van de bestaande stad en de open ruimtelijkheid van het IJ.Het stedenbouwkundig plan voorziet in grote stadsblokken met intieme cours. Deze blokken zijn vervolgens opgedeeld en voor uitwerking toegewezen aan vier verschillende architecten.Het deel van Bosch Architects bestaat uit drie torens van 11 en 8 lagen met apartementen en een aantal laagbouwblokken met woningen voor grote gezinnen. Op de begane grond bevinden zich zorgvoorzieningen en commerciele ruimten.Het uiterlijk van de gebouwen kenmerkt zich door ruw metselwerk, glanzende aluminium kozijnen en ruime balkons van 2,5 bij 2,5m. De verticale geleding en strenge ordening van de gevelopeningen geven de blokken een klassiek stedelijke uitstraling.
Spark is geen uitbreiding van de stad Bratislava. Het is een nieuwe stad op zichzelf.
Spark is geen uitbreiding van de stad Bratislava. Het is een nieuwe stad op zichzelf. Door zijn afmetingen en de verschillende voorzieningen en functies die daarbij horen, kan het concurreren met de meeste andere steden in Slowakije.Het plan voorziet in een verzameling van stedelijke woonmilieus met heldere stedelijke kwaliteiten. Een reeks gethematiseerde parkachtige openbare ruimten, de rivier Cierna Voda (ofwel Zwart Water) en de snelweg D1 vormen de hoofdstructuur van het plan. Zij koppelen deelgebieden van hoge en gemiddelde dichtheid aan elkaar en maken de verbinding met het omliggende landschap, de hoofdstad Bratislava en de centraal Europese regio.Een aantal architecten is geselecteerd om deelgebieden verder uit te werken. OeverZaaijer, in samenwerking met GUTGUT (SK) en A69 (CZ), voert hierover de supervisie en werkt zelf het deelgebied Sparkstadt uit, het centrum van de nieuwe stad.
Greenhouse is een rigide casco met een sterke identiteit. De woningen zijn gebaseerd op de typologie van de grondgebonden woning met een flexibele binnen-buitenruimte en een parkeerplaats op eigen terrein (greenhouse).
Greenhouse is een rigide casco met een sterke identiteit. De woningen zijn gebaseerd op de typologie van de grondgebonden woning met een flexibele binnen-buitenruimte en een parkeerplaats op eigen terrein (greenhouse). De rode draad in het plan is de hoogkwalitatieve flexibele ruimte, de serre, die vrij gebruikt kan worden. Zowel als buitenruimte als in relatie met de leefruimten. Een transparante poort kan volledig geopend worden. Hiermee kan het binnenklimaat, naar eigen zeggen gereguleerd worden.. De woon-werkateliers in de noordelijke rand hebben hun adres aan de oosterhamrikkade. De drive-in woningen in de zuidelijke rand worden ontsloten via de vinkenstraat of via het verhoogde collectieve plein. Het plein speelt een belangrijke rol in het functioneren van het blok. Het plein is een openbaar toegankelijke groene ruimte en is via verschillende opgangen goed verbonden met de omgeving.
Het plangebied ligt op de grens van een bestaande nieuwe woonwijk en een prachtig coulissenlandschap.
Het plangebied ligt op de grens van een bestaande nieuwe woonwijk en een prachtig coulissenlandschap. Een landschap met spannende doorkijkjes en bossage. Kortom een prachtig fundament voor hoogwaardig wonen. Het plan cascolandschap borduurt dan ook consequent verder op deze kwalititeiten. De bestaande historische lijnen vormen het groen/blauwe hoofdstructuur van het plan en de landschappelijke korrel bepaald de maat en schaal van de buurten.
De invulling van de buurten is nog open en wordt door particuliere opdrachtgeverschap ingevuld. Daarom is er een een robuuste hoofstructuur met wadis en groensingels ontworpen die alle soorten ontwikkelingen kun herbergen.
Drenthe 2040 is een studie naar de grote opgave voor Provincie Drenthe in de komende jaren.
Drenthe 2040 is een studie naar de grote opgave voor Provincie Drenthe in de komende jaren. Wat is de kwaliteit van Drenthe en waarop moet het beleid zich op concentreren? Drenthe is het laatste gebied met een grootschalige laagdynamische landschap van Nederland en is gedwongen om te anticiperen op krimp. Daarnaast kent het gebied meerdere ruimtelijke delen die veelal reiken over de provinciegrens. Hiermee moet rekening worden gehouden.
Naast de ruimtelijke analyse en de strategie wordt de rol van de overheid opnieuw bepaald. Hoe kunnen laagdynamische gebieden weer op de kaart gezet worden en wie beheert dat? NON-planologie als initiator van de laagdynamiek!
Deze villa, met een contour van 12x12 m, is gesitueerd in het middengebied van eiland 8 te Leidsche Rijn.
Deze villa, met een contour van 12x12 m, is gesitueerd in het middengebied van eiland 8 te Leidsche Rijn. De woning is economisch, functioneel en eenvoudig van opzet in zowel materialisering als in ruimtelijkheid. Het betonskelet als draagstructuur heeft invullingen die varieren al naar gelang de achterliggende functie. De villa bestaat uit 3 verdiepingen. De begane grond is entree / bergruimte en ligt verstopt in het grondlichaam. De eerste verdieping is spil van activiteit in het huis, en sluit aan op het omliggende groen. Hier bevindt zich de woonkeuken en royale serreruimte. De gevel bestaat hier uit volledig te openen glaspuien. De 2e verdieping is de ontspanningsruimte met een meer intiem karakter. Centraal op deze verdieping ligt een ruimte met verschillende plekken die een gekaderd uitzicht bieden op punten in de omgeving. Hier kan men studeren, tv kijken, lezen en spelen. Rond deze ruimte liggen de slaap en badruimtes.
De kultursilo wordt het nieuwe centrum van Sundsvall.
De kultursilo wordt het nieuwe centrum van Sundsvall. Een plek waar mensen elkaar ontmoeten en cultuur snuiven. Gelegen naast het bestaande kulturmagasinet is de kultursilo een gebouw met een sterke eigen identiteit, dat van een industriële fabriek. Door zijn noordelijke ligging kent Sundsvall een beperkt aantal zonuren. Daarom is er een sterke behoefte aan een gebouwde ontmoetingsplek. Deze plek krijgt de vorm van een panoramaplein met uitzicht over de daken van de stad en het fjord. Dit plein is het hart van het gebouw. Het verhoogde plein is rechtstreeks verbonden met het plein op begane grond. Vanuit het verhoogde plein wordt via een systeem van roltrappen en tussenruimten de theaterzalen en andere functies ontsloten. De publieke ruimte kent vanwege het klimaat een extensieve materialisering.
THEATERZAAL 1 / 2
PANORAMASQUARE
BACKBONE
BACKBONE
This is my backyard! is een ontwikkelingsstrategie voor verantwoord bouwen binnen het groene hart.
This is my backyard! is een ontwikkelingsstrategie voor verantwoord bouwen binnen het groene hart. Compacte bebouwingstypologieën worden gesitueerd in de polder en fungeren als de boerderijen van de toekomst. Deze typologieën leveren niet alleen budget op om de boer en het daarbij horende landschap in stand te houden, maar levert ook woningen voor iedereen. Jong, oud, ondernemingen en grote families krijgen een plek in het oer-Hollandse landschap. Deze strategie heeft de voorkeur voor bouwen in de zeekleipolders om zo de veenweidegebieden zoveel als mogelijk te ontzien. De zeekleipolders worden gefaseerd getransformeerd naar licht bebouwde gebieden met ‘groene hart’-kwaliteiten.
Het clubgebouw van Hockyverening Kampong te Utrecht is versleten en te klein. De club heeft ons gevraagd een visie uit te brengen naar de ontwikkelmogelijkheden van het bestaande clubgebouw.
Het clubgebouw van Hockyverening Kampong te Utrecht is versleten en te klein. De club heeft ons gevraagd een visie uit te brengen naar de ontwikkelmogelijkheden van het bestaande clubgebouw. Uitgangspunt in deze visie is het kunnen blijven functioneren van de kleedruimtes in de halfverdiepte kelder. De nieuwe bovenbouw is een balkconstructie met daarin kantoorruimtes die vrij over het bestaande complex spant. Hiertussen ontstaat een open 'plein' met aan weerszijden sta tribunes. Het verhoogde plein en de kantine zijn de belangrijkste ontmoetingsruimtes van het complex lopen vloeiend in elkaar over.
Dit project probeert de 350 woningen in deze prijsvraag van dezelfde ruimtelijke kwaliteiten te voorzien, ondanks de voorgeschreven bescheiden afmetingen.
Het 16e arrondissement van Parijs staat voor grandeur: royale boulevards, gebouwen en appartementen. Dit project probeert de 350 woningen in deze prijsvraag van dezelfde ruimtelijke kwaliteiten te voorzien, ondanks de voorgeschreven bescheiden afmetingen. Het voor Parijs kenmerkende gesloten bouwblok wordt vervangen door een bijzondere vorm die voor ieder type appartement een specifieke orientatie en uitzicht oplevert. Het gebouw richt zich letterlijk op de metropolitane regio. De merkwaardige vorm is de directe uitkomst van deze bewerking op de grotere schaal. Het resultaat van de optimale en opprtunistische relatie met de omgeving, zowel dichtbij (het park, de renbaan) als verder weg (het Bois de Boulogne, de heuvels van Meudon en de Eiffeltoren in de binnenstad - zichtbaar vanaf de tweede verdieping). Ook voorkomt deze strategie inkijk vanuit de omliggende blokken en het complex zelf. Het resultaat is een intieme en directe relatie tussen het appartement en het metropolitane landschap.
De Franciscushof is een voormalig psychiatrische instelling waarvan de functie wordt uitgeplaatst.
De Franciscushof is een voormalig psychiatrische instelling waarvan de functie wordt uitgeplaatst. Het terrein ligt op prachtige plek, op de overgang van een ontginningslandschap en een rivierduin. Deze rivierduin herbergt oude bossen en een landgoed. Het plan speelt in op deze overgangen. Enerzijds sluit een deel van het ontwerp met bosvillas aan op de dichte bebossing van de landgoedzone. Anderzijds komt de openheid van de essen en de coulissen terug in het noordwestelijke deel. De bosranden van de villazones accentueren het open veld. Om de openheid en het landschappelijk karakter van het veld te bewaren worden hierin compacte woonblokken of hofboerderijen gepland. De boerderijen zijn een conglomeraat van opstallen bestaande uit diverse type woningen. De opstallen keren terug in de verschillende hofboerderijen zodat er een spanningsveld ontstaat tussen de boerderijen onderling. Wonen in de boerderijen brengt met zich mee dat je woont aan een collectieve ruimte in een openbaar en wijds landschap. Een landschap dat extensief beheerd wordt en waar dieren en planten de vrije hand krijgen.
Verticalurbanity voorziet Porto van een nieuwe gezicht aanvullend op het oude waterfront.
Porto is een stad op twee niveau’s. De stad aan het water, de Duoro, en de stad op de berg. In het oude stadgedeelte, Ribeira, komen beide werelden samen. Het huidige waterfront is een beschermd gezicht van de werelderfgoedlijst en staat in schril contrast met de verderop gelegen waterfronten. Verticalurbanity voorziet Porto van een nieuwe gezicht aanvullend op het oude waterfront. De pontoon’s gelegen in het water verbinden het waterfront met de stad op de berg. Dit allemaal zonder de prachtige groene flanken vol te bouwen. De pontoon’s zijn stedebouwkundige structuren met een gevarieerd programma en openbare ruimtes. Door hun unieke positie aan het water bieden de pontoon’s hoogwaardige woon- en werkplekken.
Highlighting vatnsmyri gebruikt de bestaande landingsbanen als ontginningsaders voor toekomstige stedelijke ontwikkelingen.
HIGHLIGHTING VATNSMYRI (IS) De stad Reykjavik is gebouwd volgens een systeem van individuele buurten die als een kluwen zijn uitgespreid rond vatnsmyri airport. De verplaatsing van dit vliegveld betekent een kans om een 150 Ha grote uitbreiding nabij de oude binnenstad van Reykjavik te realiseren. Highlighting vatnsmyri gebruikt de bestaande landingsbanen als ontginningsaders voor toekomstige stedelijke ontwikkelingen. De Noord-Zuid baan wordt getransformeerd tot een nieuwe zeelong waardoor een systeem van ‘groene’ steppingstones door Reykjavik snijdt. Een stedelijk grid structureert de toekomstige bebouwing. De positie binnen het grid bepaalt het soort gebruik van het veld en de daarbij horende bebouwingsdichtheid.
Het duinhuis is een villa in de Vlaamse duinen op de overgang van duintop naar duinpan.
Het duinhuis is een villa in de Vlaamse duinen op de overgang van duintop naar duinpan. De wens van de opdrachtgever is, binnen een beperkt budget, een villa te realiseren die optimaal voorziet in daglichttoetreding in woonkamer en keuken. Het ontwerp maakt gebruik van de landschappelijke setting en is, niettegenstaande de kleine kavel en vele stedenbouwkundige randvoorwaarden, zeer ruimtelijk en licht. De gesloten doos, ingegraven in de duinen, bevat functies zoals slapen, baden en parkeren. Bovenop de doos vormen de woonkamer en het terras een continue ruimte. De woonkamer wordt afgedekt door een eenvoudige kapconstructie waarvan de kopgevels volkomen transparant zijn uitgevoerd.
Kwaliteiten zoals de perifere ligging, de autonomie van de plek, en het anarchistische karakter van haar huidige bewoners vormen de basisingrediënten voor het stedebouwkundig concept van ‘peripheral anarchy’.
Het gebied bestaat uit een woonschepenhaven en een slibdump gelegen aan het Eemskanaal in de stad Groningen. Kwaliteiten zoals de perifere ligging, de autonomie van de plek, en het anarchistische karakter van haar huidige bewoners vormen de basisingrediënten voor het stedebouwkundig concept van ‘peripheral anarchy’. Het gebied wordt gestructureerd door toepassing van een stedebouwkundig grid die wordt ingevuld met verschillende woningtypen en openbare plekken. Deze typologieën bestaan uit zowel particuliere woningen als grondgebonden collectieve woongebouwen. De openbare plekken zijn ontmoetingsruimtes en parkeerruimtes. De blokken die zich onttrekken aan het grid zijn woon/werk casco’s.
Robuuste natuur als landschappelijke onderlegger voor nieuwe stedelijke ontwikkelingen.
Robuuste natuur als landschappelijke onderlegger voor nieuwe stedelijke ontwikkelingen. Eco-logical is een plan gebaseerd op de huidige ontwikkelingen in het Rijnmondgebied. Enerzijds verplaatst de zouttong, het zeewater, zich steeds meer landinwaarts. Anderzijds verschuift de stad richting de zee. Het contact tussen beide wordt momenteel gezien als bedreiging, maar het kan ook een kans zijn. De ontwikkelstrategie transformeert het RDM-terrein naar een ‘Steppingstone’. Een groenstructuur die de basis vormt voor de nieuwe uitbreidingen van de stad Rotterdam. Op korte termijn biedt de steppingstone, bestaande uit natte en droge natuur, ruimte voor vertier. Op lange termijn fungeert het als groenfundament voor een aan te leggen woongebied.
Op zoek naar de sub-urbane woonwijk als intermediair tussen stedelijkheid en wonen aan de rand van Alkmaar.
Op zoek naar de sub-urbane woonwijk als intermediair tussen stedelijkheid en wonen aan de rand van Alkmaar. Het plan Postindustrialization is gesitueerd in een voormalig industriegebied langs de rand van het historische centrum van Alkmaar. Het concept zet in op de versterking van de huidige kwaliteiten door het toepassen van woon-werkpakhuizen geënt op de bestaande heldere structuur van deze plek. Door de pakhuizen te laten variëren in maat en schaal ontstaan er verschillende leefmilieu’s en woontypen. Het wonen op de ‘begane grond’ in combinatie met werkunits met een adres aan de straat maken dit plan tot een interessant experiment.
Overstad is, gezien haar positie ten opzichte van de binnenstad, zeer geschikt voor transformatie tot een woon/werkwijk.
Overstad is, gezien haar positie ten opzichte van de binnenstad, zeer geschikt voor transformatie tot een woon/werkwijk. De complexe eigendomssituatie vraagt om een goed faseerbare ontwikkelstrategie. De gekozen strategie zet in op behoud van de bestaande structuur en versterking van de huidige kwaliteiten. Ze respecteert de bestaande eigendomssituatie en biedt de mogelijkheid het gebied organisch en gefaseerd te ontwikkelen. Deze ontwikkeling wordt gestuurd aan de hand van ruimtelijke regels binnen een sterk kader van openbare ruimten. De sleutelplekken, zoals het winkelcentrum, worden voorgetrokken in de ontwikkeling.
OVERSTAD HUIDIGE SITUATIE
OVERSTAD EIGENDOMS VERHOUDINGEN
OVERSTAD MOGELIJKE ONTWIKKELING BINNEN EIGENDOMSKADERS
Deze besloten prijsvraag had tot doel om een verouderd jaren ‘60 kantoorgebouw aan de Beethovenstraat, te transformeren tot een gallery met museumwinkel en daghoreca.
Deze besloten prijsvraag had tot doel om een verouderd jaren ‘60 kantoorgebouw aan de Beethovenstraat, te transformeren tot een gallery met museumwinkel en daghoreca. De ligging aan de rand van de Zuidas en de synergie tussen de drie programma-onderdelen zouden de ingredienten moeten vormen voor een nieuw platform voor moderne kunsten: het AAM, of Amsterdam Art Metropole.
Het ontwerp bestond uit twee ingrepen: een monumentale trap die een museale route koppelde aan het entreegebied. En een extra verdieping die nieuwe mogelijkheden voor programmering schiep, alleen al door haar afmetingen.
Brug4006 is de verbinding tussen het nieuwe stadsdeel Almere-Poort en de bestaande stad. Het is een ongelijkvloerse kruising van een busbaan, een fietsroute en een wandelroute met de hoofdontsluitingsweg ‘de Hogering’.
Brug4006 is de verbinding tussen het nieuwe stadsdeel Almere-Poort en de bestaande stad. Het is een ongelijkvloerse kruising van een busbaan, een fietsroute en een wandelroute met de hoofdontsluitingsweg ‘de Hogering’.
De studie behandelt de relatie tussen de brug en gebieden in haar omgeving en rol die de brug speelt in de waarneming door gebruikers.
De drie routes over de brug krijgen hun eigen traject en hellingshoek. Door de ontstane gaten worden visuele connecties mogelijk tussen boven- en onderwereld. Boomkruinen tussen de langzaamverkeers-routes maken de ervaring van groen continu.
Underground is een inzending voor de Europan5-locatie Biel in Zwitserland, gemaakt in samenwerking met Urs Primas.
Underground is een inzending voor de Europan5-locatie Biel in Zwitserland, gemaakt in samenwerking met Urs Primas. Het heeft de tweede prijs gewonnen. Snelwegen en het daaraan gerelateerde programma vormen een parallel universum, zorgvuldig gescheiden van de rest van het stedelijk weefsel, vanwege milieu- en geluidseisen. In Zwitserland wordt meer en meer infrastructuur ondergronds gebouwd. Dit plan verkent de mogelijkheden van de ‘programmatische shortcuts’ die in deze ontwikkeling besloten liggen: plotseling zou het universum van de snelweg direct verbonden kunnen zijn met bijvoorbeeld een natuurreservaat, een historische stadskern of een dicht bebouwd woongebied. Wij hebben een interface ontworpen, die de koppeling maakt tussen de ondergronds te bouwen snelweg N5 en de monofunctionele jaren ‘60 woonwijk Weidteile, waar deze doorheen voert. Het overbouwen van de snelweg biedt ruimte voor een stadspark, dat twee tot nu toe van elkaar gescheiden gebieden weer met elkaar verbindt. Verder zorgt de bedrijvigheid van de N5 voor een opbloei van diverse voorzieningen in de wijk.
Huidige vraag en aanbod van toerisme aan de NL-kust spelen niet op elkaar in, wat zich uit in bijvoorbeeld het mobiliteitsprobleem. Door verschuiving in de vraag naar toerisme komen andere functies en doelgroepen in het gedrang.
Huidige vraag en aanbod van toerisme aan de NL-kust spelen niet op elkaar in, wat zich uit in bijvoorbeeld het mobiliteitsprobleem. Door verschuiving in de vraag naar toerisme komen andere functies en doelgroepen in het gedrang.
Door het generen van nieuwe landschappelijke processen, wordt een fundament geboden voor nieuwe ontwikkelingen aan de NL-kust. Een successievelijke landschappelijke werking die gefaseerd antwoord kan bieden aan de vraag vanuit de toerisme…. Vraag en aanbod lopen gelijk op.
De huidige kust heeft drie doelgroepen: dagtoeristen, lang verblijvers en bewoners. Iedere doelgroep creëert een niche, en occupeert een stukje kust. Het gebruik van de NL-kust door de verschillende doelgroepen lopen ver uiteen. Dagtoeristen consumeren snel en hebben weinig binding met de omgeving. De lange verblijvers vertoeven aan de kust en hebben grotere reikwijdte. De bewoners wonen en werken in de omgeving. Door de drie doelgroepen op gedrag te bestuderen en ze ook daarin te voorzien is het mogelijk nieuwe, op maat, oplossing te bieden. Het is van het grootste belang dat de fysieke ontwikkeling ieder moment inspeelt op de vraag vanuit de verschillende doelgroepen.
De fysieke ontwikkeling van de NL-kust zijn samen te vatten in meerdere facetten: VEILIGHEID, HUISVESTING, MOBILITEIT. Deze ontwikkelingen worden sterk bepaald door meerdere processen zoals de zeespiegelstijging, bodemdaling, tendens tot stijging van de temperatuur, en daarmee gepaard gaande verdroging en waterpiekbelastingen. Problemen die in de toekomst ruimtebepalend zullen worden.
Nieuwe ontwikkelingsconcepten dienen zowel de ruimtelijke problematiek, en dus ook het toerisme, als de natuurlijke processen. Het plan is als volgt: Door het introduceren van nieuwe natuurlijke processen een fysiek fundament bieden die de gefaseerde vraag vanuit de maatschappij, dus ook toerisme, kan beantwoorden. Zowel op lange termijn als op korte termijn. Onze ingreep bestaat dus primair in het fixeren van zandbanken voor de kust. Door een fysieke stimuli wordt er een ‘natuurlijke’ successiereeks gestart. Kenmerken van een successie is dat deze door tijd evolueert en van verschijningsvorm verandert. De zandbanken worden in 2010 wadstructuren ontdekt door pioniers, zowel plantensoorten als mensen. Deze vorm van occupatie komt voort uit de toeristische vraag van dat moment. Deze occupatie start ook een ontwikkeling waarin andere mensen het gebied zullen ontdekken, denk aan natuurliefhebbers! Net als de ontwikkeling van de eilanden zullen de mensen zich hierop ontwikkelen. Op 2050 zijn de wadstructuren geëvolueerd. De eilanden zijn continu droog en kunnen mensen herbergen die hun dag, dagtoeristen, kunnen besteden op ‘Het Nieuwe Holland’. Het ‘Nieuwe Holland’ is een nu een ensemble van verschillende stadia eilanden. Een differentiatie ontstaat in zowel verschijningvorm als in gebruik: wadden, droge eilanden,… . De eilanden worden via boten ontsloten, de nieuwe plekken via de nieuwe kamstructuur. Door de verdeling van de vervoersstromen worden de badplaatsen ontlast. De kwaliteit van de omgeving van de badplaatsen door de grotere bereikbaarheid. Een langsverbinding tussen de badplaatsen en badplekken vergroot de bereikbaarheid van de karakteristieke badplaatsen zonder extra overlast van de bestaande kernen. De verschuiving van de klimaatsgrens zal grote gevol gen hebben voor het toerisme in NL. Onder invloed van verhogende temperaturen zal onze kust, in vergelijking met de zuidelijker kusten, steeds aantrekkelijker wor den, waardoor de bergingscapaciteit, en diversiteit van de kustzone zeker toe zullen moeten nemen. Door op de eilanden, naast wonen en werken ook nieuwe natuurge bieden en alternatieve landteelten te introduceren kan de biodiversiteit in de omgeving vergroot worden. Naast de klimaatswijziging zijn ook zaken als zeespiegelrijzing en bodemdaling dreigend. De toegepaste dijklichamen en in later stadium eilanden zullen onze kust hiertegen beter verdedigen en een draagvlak bieden voor een goede ont wikkeling in de toekomst.
Dit is een fase waarin een meer permanente occupatie van de eilanden kan plaatsvinden. Deze occupatie kent een geleidelijke ontwikkeling waardoor de eilanden onder invloed van tijd en thema verschillend gebruikt kunnen worden. De verschillende thema’s kunnen als ‘prognose’ dienen maar zijn uiteindelijk niet bepalend. De bestaande Badplaatsen bieden ruimte aan bewoners en lange termijn verblijvers! Overlast door dagtoeristen ontstaat vooral tijdens enkele topdagen. Een scheiding van doelgroepen is hierin een oplossing. Een secundaire kamstructuur, complementair aan de huidige ontsluitingsstructuur zorgt voor een scheiding in doelgroepen. Deze kamstructuur ontlast de huidige ‘badplaatsen’ en ontsluit de nieuwe ‘badplekken’. Door de snelle en effi ciënte ontsluiting van de badplekken kan de kwaliteit van de omgeving in de badplaatsen toenemen waardoor het genot voor bewoners en lange termijn verblijvers wordt verhoogd. Naar gelang de ontwikkeling van de vraag van het toerisme kan de kamstructuur uiteindelijk ook de badplekken op de eilan den ontsluiten!